50+ en vegan

Veganisme wordt steeds normaler. Er komt steeds meer plantaardig aanbod in de supermarkt, restaurants hebben steeds vaker een vegan optie op de kaart en soja cappuccino’s zijn op steeds meer plekken te krijgen. Toch lijkt veganisme iets wat vooral onder jongeren leeft. Daarom vandaag het woord aan vier veganisten van boven de vijftig, om te laten zien dat je ook prima op latere leeftijd het roer om kunt gooien.

    v.l.n.r.: Belinda, Jolanda en Erwin. (Esther wilde liever niet met een foto op internet).
  1. Kun je iets meer over jezelf vertellen?

Belinda: Ik ben Belinda en ik ben 50 jaar oud.

Esther:
 Ik ben een 52 jaar en ik woon in Purmerend.

Jolanda
: Mijn naam is Jolanda Karssen en ik ben 53 jaar. Ik ben getrouwd en moeder van een zoon en dochter. Wij wonen met ons gezin in Vianen. Ik ben werkzaam als vrijwilliger in de kringloopwinkel Wawollie (Utrecht) en werk daar in de bibliotheek voor twee dagen in de week. Mijn hobby’s zijn wandelen, lezen, voetbal (kijken) en het bezoeken van punkconcerten.

Erwin
: Mijn naam is Erwin Teunissen en ben geboren in 1964. Ik ben getrouwd met Kiki Baaijens en we hebben geen kinderen. We wonen in Wapse, een klein dorpje in Drenthe. Ik werk als veiligheidskundige bij Teijin Aramid in Emmen. Ik draag zorg voor de arbeidsveiligheid in de fabriek.

  1. Hoe lang ben je al vegan?

Belinda: Ik ben sinds mijn twintigste vegetariër en sinds anderhalf jaar veganist. Voor mij is het geen dieet, ondanks mijn lactose intolerantie, maar een bewuste keuze, bewuste overtuiging. Het is een win-win situatie; goed voor het milieu, water, je ecologische voetafdruk, goed voor de dieren en het is ook nog eens heel erg lekker.  Het dwingt je haast om na te denken over het mengen van smaken. Je leert als het ware opnieuw koken.

Esther:
Ik ben sinds een kleine twee jaar vegan, na ongeveer 10 jaar vegetariër te zijn geweest.

Jolanda
: Op 1 oktober 2016 heb ik meegedaan met de VeganChallenge en na het zien van de documentaire Cowspiracy en Forks over knives was ik “om”.

Erwin
: Ik ben sinds 2011 vegan. Kiki en ik zijn beiden eerst vegetarisch gaan eten en daarna thuis plantaardig en later ook buitenshuis. Daarna zijn we echt pas veganist geworden – niet alleen plantaardig eten, maar de hele levenswijze.

  1. Hoe reageert je omgeving op het feit dat je vegan bent?

Belinda: Mijn omgeving reageert over het algemeen heel positief, van jong tot oud. Ik krijg wel eens de opmerking dat men het wel zou willen maar de kaas zou missen. Hint: er is heerlijke vegan kaas te vinden, hoor. Soms krijg ik wel eens van: “Oh jee wat moet ik dan halen?” als ik op visite kom, maar over het algemeen heb ik omnivore vrienden die speciaal voor mij iets maken en dat nog leuk vinden ook!

Ik denk dat het ook valt of staat met hoe je in het leven staat. Het meest belangrijke is dat je elkaars keuzes respecteert en niet een zienswijze hardhandig opdringt. Ik ben een positieve veganist, die niet mijn mening wil opleggen, niet nare plaatjes of filmpjes deelt, maar graag toelicht waarom ik deze keuze heb gemaakt.

Als mensen zeggen dat ze minder vlees eten, ben ik ook positief: elk stukje minder vlees is een stapje in de goede richting. Ik kijk naar het feit dat ze bewust minderen met vlees, niet naar het deel dat ze nog eten. Ik denk dat ik daarom weinig weerstand tref. Ik ben behalve vegan namelijk ook vrouw, moeder, dochter, vriendin, collega, buuf, lachebek, driftkikkertje, poezengek, leesfanaat, enzovoort. Ik ben dus niet alleen maar veganist. Ik verbind op meerdere niveaus en veganisme is er daar eentje van. Door die positieve houding merk ik dat ik ook ‘echte’ vragen krijg, zoals laatst iemand mij vroeg waarom veganisten geen honing eten. Maar ook hoe ze een bepaald recept met ei kunnen vervangen door iets anders, bijvoorbeeld banaan, appelmoes of chiazaad. Gewoon omdat ze ook nadenken over het milieu en hun eigen gezondheid.

Veganist worden heeft mijn leven verrijkt en door een positieve houding te hebben, breng ik dat over op mijn omgeving die nog niet zo vegan is als ik, maar daar wel belangstelling voor toont.

Esther: Mijn omgeving, zoals mijn familie, vond het vooral in het begin erg lastig. Bijvoorbeeld: “Je kunt toch de gehaktballetjes uit de soep vissen?” Maar mijn dochter kan ontzettend lekker koken en bakken – ook vegan – en nu is het geen probleem meer. Alleen mijn moeder (84) blijft het lastig vinden. Kaas is toch gezond?

Vrienden vinden het over het algemeen prima, sommige doen mee en anderen vinden het prima zolang zij mogen eten wat zij willen. Bij traktatie op het werk was men zeer verbaasd hoe lekker vegan gebak smaakt!

Het is vooral onbekendheid met het onderwerp.

Jolanda: Mijn gezin reageert er heel erg goed op. Als er boodschappen worden gedaan, nemen ze altijd wel iets speciaals voor me mee. Dan moet je vooral aan lekkere, wat mindere gezonde vegan dingen denken ;-). Mijn man eet mijn vegan maaltijden mee, maar in huis ben ik vooralsnog de enige veganist.

Erwin:
Dat verschilt, mijn collega’s vinden het prima. Er is een aantal dat door mij ook gaat nadenken over veganisme, anderen respecteren mijn ‘dieet’. In de omgeving waar ik werk, is het helemaal niet gebruikelijk om vegan te zijn, dus ik neem altijd mijn eigen brood mee en ga nooit naar het bedrijfsrestaurant. Daar snappen ze het niet. Wat betreft mijn vrienden; de één snapt het wel en de ander niet. Ik heb wel minder contact met de vrienden die het niet snappen. Maar ik heb ook vele nieuwe vrienden erbij (via Facebook) die ik regelmatig, vooral in het weekeind, zie. Met deze vegan vrienden is eten/drinken geen gespreksonderwerp, wat heerlijk is. Mijn familie is weer een ander verhaal. We komen niet meer op sommige verjaardagen omdat onze aanwezigheid ‘moeilijk’ is. Maar bij mijn schoonvader eten we elke twee weken vegan, dan kookt hij.

  1. Merk je dat er een verschil is tussen de jongere generatie en de oudere generatie in hoe ze tegenover veganisme aankijken? Zo ja, hoe denk je dat dit komt?

Esther: Het verschil is dat de oudere generatie opgevoed is met: “Melk moet en melk is gezond.” Vlees was vroeger een luxe en nu altijd voorradig en betaalbaar.

Jolanda
: Of er veel verschil is tussen de oudere en jongere generatie kan ik niet goed beoordelen omdat ik eerlijk gezegd maar drie veganisten ken. In mijn omgeving zullen er ongetwijfeld mensen wat van vinden maar (en misschien heeft dat met mijn leeftijd te maken) dat maakt mij niets uit. Ik merk overigens wel dat er bij mijn vriendinnen wel degelijk een omslag heeft plaats gevonden, want ik hoor ze regelmatig praten over minstens een dag in de week geen vlees of vis. Wellicht vinden de echte die hard vegans dit veel te weinig, maar ik ben van mening dat alle kleine beetjes helpen.

Erwin:
Ik zie dat het in Nederland zo is dat veel jonge, witte vrouwen voor een gezonde levenswijze gaan en dus uitkomen op veganisme. De ‘oudere’ generatie kijkt meer naar alle drie de voordelen; geen dierenleed, de planeet en je gezondheid. Dit komt volgens mij door social media. Facebook, Instagram en YouTube zorgen voor een beeld van dunne, gezonde jonge dames … In andere landen, bijvoorbeeld Engeland, zijn er veel meer mannen vegan. Daar zie je ook veel meer een mengelmoes als het om kleuren gaat, gelukkig niet allemaal wit. Veganisme is daar al een stuk meer ‘gewoon’.