Plantaardig eten is niet alleen goed voor het dierenwelzijn, maar ook voor je eigen gezondheid en het milieu. Een ander groot voordeel van veganisme is het feit dat het zorgt voor minder voedselverspilling. Hoe dat precies zit, zullen we vandaag uitleggen.
Voor de productie van vlees, zuivel en eieren is op zeer grote schaal veevoer (zoals soja en maïs) nodig. Ook als graasland voor vee zijn enorme landoppervlaktes nodig. Om meer te ruimte maken, moet er vaak (regen)woud gekapt worden.
Uit een rapport van de VN blijkt dat in totaal 70% van alle landbouwgrond opgeëist wordt voor en door de veeteelt. Een aanzienlijk deel van de vruchtbare grond op aarde wordt dus ingezet om dieren vet te mesten, terwijl naar schatting bijna een miljard mensen dagelijks honger lijden. Dit gegeven wordt des te schrijnender wanneer je je realiseert dat de productie van dierlijk voedsel erg inefficiënt is. Kortom, voedselverkwisting…
Hoeveel kilo plantaardig voedsel er nodig is voor bijvoorbeeld een kilo vlees is afhankelijk van vele factoren. Zeker bij rundvlees is de verspilling doorgaans erg groot; uit sommige studies blijkt dat er ruim 25 kilo plantaardig voedsel nodig is om 1 kilo rundvlees te kunnen produceren. Zelfs de meest conservatieve schatting gaat uit van een ratio van 1,5:1. Hier wordt er al rekening mee gehouden dat het plantaardige voedsel voor menselijke consumptie geschikt moet zijn en dat de voedingswaarde gelijkwaardig dient te zijn aan het dierlijke voedsel.
Daar komt nog bij dat veevoer regelmatig verbouwd wordt in landen waar mensen honger lijden. Omdat er een tekort is aan granen, soja, mais en andere plantaardige producten wordt er niet alleen veel ontbost, maar trekken arme mensen ook aan het kortste eindje. Want over het algemeen kunnen Westerse veevoerproducenten een hogere prijs betalen voor granen e.d. dan de arme lokale bevolking, waardoor deze soms zonder eten komt te zitten.
Het is hoe dan ook efficiënter om landbouwgrond direct in te zetten voor voedselproductie ten behoeve van menselijke consumptie. Veganisme kan hiermee een bijdrage leveren aan het terugdringen van honger in de wereld en meer voedselzekerheid bieden aan een groeiende wereldpopulatie.