Sarma (gevulde koolrolletjes)

Bereiding

Vul een grote kookpot met water en breng aan de kook. Maak 8 grote bladeren van de kool los en blancheer ze één voor één in het kokende water. Haal het koolblad na enkele minuten uit het water (het moet soepel zijn) en laat het uitlekken op een keukenhanddoek.

Spoel de rijst en linzen in een zeef onder stromend water. Doe ze in een kom. Snijd de ui en knoflook fijn. Snijd de wortel in kleine blokjes en de prei in ringetjes. Voeg de groenten met olijfolie, zout, peper, paprikapoeder en chilipoeder toe aan de kom. Snijd de kardemompeul open en plet de zaadjes met een vijzel tot ze helemaal fijn zijn. Voeg de kardemom bij de vulling en meng alles goed door elkaar.

Maak de koolrolletjes. Als de koolbladeren een dikke nerf hebben, kun je die eruit snijden. Leg het koolblad zo neer dat de ingesneden kant bovenaan ligt. Schep 1 tot maximum 2 eetlepels van de vulling op het onderste deel van het koolblad. Vouw de zijkanten van de kool over de vulling. Rol het pakketje van onder naar boven op zoals een loempia. Prik het rolletje vast met een satéprikker. Herhaal dit met de andere koolbladeren en leg ze in een kookpan.

Warm 400 ml water op en roer de tomatenpuree erdoor. Giet dit mengsel bij de koolrolletjes. Leg een deksel op de pan en breng het vocht aan de kook. Zet dan de hittebron laag en laat de rolletjes 1 uur zachtjes sudderen.

Maak ondertussen de yoghurtsaus door de yoghurt te mengen met de fijngesnipperde kruiden. Breng op smaak met citroensap, peper en zout.

Laat de koolrolletjes uitlekken, schep ze op een bord en serveer met het sausje.

Tip: met wat extra groenten (bijvoorbeeld gewokte sojascheuten, paprika, champignons) en wat plakjes gebakken tofu erbij is dit een volwaardige hoofdmaaltijd.